Danny Weber
15:22 05-12-2025
© A. Krivonosov
Praktisch koopadvies voor videokaarten in 2025: 1080p, 1440p en 4K. Met RTX 50, RX 9000 en Arc, 16 GB VRAM, DLSS 4/MFG, FSR 4 en tips tot $500 en $300.
Een videokaart kiezen is tegelijk makkelijker en moeilijker geworden. Makkelijker, omdat AMD, Nvidia en Intel hun huidige generaties al hebben afgerond en er op korte termijn geen onverwachte nieuwkomers te verwachten zijn. Moeilijker, omdat het al lang niet meer draait om kale FPS: winkelprijs, VRAM-capaciteit en het software-ecosysteem wegen net zo zwaar—DLSS en Multi-Frame Generation bij Nvidia, FSR bij AMD, XeSS bij Intel. Met productielijnen die onder druk staan door de AI-golf is een scherpe, blijvende prijsval onwaarschijnlijk. De nuchtere aanpak voor 2025 is dan ook simpel: kies wat op jouw resolutie en instellingen comfortabel draait, zonder te betalen voor theoretische speling. Pepelats News keek naar het aanbod en zette een paar interessante GPU’s op een rij.
Speel je vooral op 1080p, dan winnen stabiliteit en prijs het vaak van pure spierballen. Voor 1440p heb je een serieuzere prestatietrap nodig en moet je beter op het geheugen letten. En wie mikt op 4K met hoge settings en alle schuifjes open, schuift automatisch richting het premiumsegment, waar upscaling en framegeneratie het zware werk doen.
Wie een enkel, helder advies wil: 16 GB VRAM oogt momenteel bijzonder aantrekkelijk. De reden ligt voor de hand: moderne games vragen steeds meer geheugen—zeker met raytracing naast upscaling en framegeneratie. In die context dwingt 12 GB—en al helemaal 8 GB—je vaker om effecten te schrappen.
Vanuit dat perspectief is de Radeon RX 9070 een solide middenklasser: in tests presteert hij dicht bij de RTX 5070, maar met 16 GB geheugen tegenover 12 GB bij de concurrent. Die extra 4 GB helpen om dipjes en eindeloos bijschaven in veeleisende titels te vermijden. Wil je extra ademruimte op 1440p en een zekere stap richting 4K, dan is de Radeon RX 9070 XT de meest uitgebalanceerde keuze voor enthousiastelingen: vergelijkbaar met de RTX 5070 Ti qua ruwe kracht, vaak scherper geprijsd, met 16 GB en FSR 4-ondersteuning.
In 2025 koop je bij GeForce net zozeer software als hardware. DLSS 4 geldt vaak als de upscaler met de beste beeldkwaliteit, en de RTX 50-serie voegt Multi-Frame Generation toe, dat extra frames invoegt en in de praktijk voor een 2–4x-boost kan zorgen. Als je van raytracing houdt, het soepelste beeld op een high-refresh-scherm wilt en voor het totaalpakket wilt betalen, dan oogt de RTX 5070 Ti als de meest logische Blackwell-optie: 16 GB VRAM, het volledige DLSS 4- en MFG-pakket en sterke RT-prestaties.
De RTX 5070 is een twijfelachtiger keuze, vooral door de 12 GB geheugen. Hij is doorgaans snel, maar in de zwaarste RT+DLSS+framegen-scenario’s kun je alsnog met instellingen moeten jongleren. Als aankoop voor de lange termijn voelt hij minder geruststellend dan 16GB-alternatieven.
Onder de grens van 500 dollar steekt de RTX 5060 Ti 16GB eruit. In games is die kaart consequent sneller en stabieler dan de concurrerende Radeon RX 9060 XT 16GB, en met 16 GB kun je RT en DLSS vrijer inschakelen zonder constant naar VRAM te moeten kijken. Je betaalt meer dan voor AMD’s tegenhanger, maar hier draait het om consistentie: minder microstotters en een voorspelbaarder gevoel van soepelheid.
Is je doel de laagste kosten per frame en wil je minder uitgeven, dan biedt de Radeon RX 9060 XT 16GB uitstekende waarde: voor 1080p en 1440p draait hij bijna alles, je krijgt 16 GB en voorkomt dat geheugen de bottleneck wordt. Eerlijk is eerlijk: AMD blijft softwarematig en qua alomtegenwoordigheid van zijn technologieën achter op Nvidia.
Rond de 300 dollar is de favoriet de RTX 5060 als beste 1080p-optie. De kanttekening: 8 GB beperkt juist de scenario’s waarin framegeneratie erg gewenst is—MFG heeft zelf ook VRAM nodig. Een goede kaart voor populaire titels, maar niet de ideale keuze voor zware AAA-games met alle effecten maximaal.
Is 300 dollar al je plafond en wil je een nieuwe kaart met garantie, dan is de Intel Arc B570 een acceptabele optie: 10 GB stelt net wat meer gerust dan 8 GB en geeft op 1080p extra rust. Je moet wel de eigenaardigheden van het Arc-ecosysteem accepteren en de bescheidener verspreiding van XeSS 2 en Intel’s framegenerator.
De RTX 5090 staat onbetwist aan de top: 4K met alles op maximaal, enorme prestaties en 32 GB GDDR7. Maar die kaart speelt in een klasse waar ‘waarde’ geen graadmeter meer is: de winkelprijzen liggen nog altijd ruim boven de adviezen, het stroomverbruik is fors en de eisen aan voeding en koeling zijn serieus. Tenzij je een droom-pc zonder compromissen bouwt, blijft het eerder een hebbeding dan een nuchtere aanbeveling.
Wil je één kaart voor jaren op 1440p met de optie naar 4K, dan is de rustigste strategie om te mikken op modellen met 16 GB VRAM en vervolgens je ecosysteem te kiezen: AMD’s RX 9070 of RX 9070 XT voor een sterke prijs-prestatieverhouding, of Nvidia’s RTX 5070 Ti als DLSS 4 en Multi-Frame Generation doorslaggevend zijn en je het prijsverschil accepteert.
Is je budget krap maar wil je wel comfort, dan is het verstandig om waar mogelijk in 16 GB te stappen: ofwel de RTX 5060 Ti 16GB als stabiliteit en DLSS-beeldkwaliteit zwaarder wegen, of de RX 9060 XT 16GB wanneer prijs en geheugen per dollar prioriteit hebben.
Tot slot: speel je vooral op 1080p en moet de rekening netjes blijven, dan is de RTX 5060 een werkbare optie met een duidelijke kanttekening. 8 GB is geen lucht meer—het is een compromis dat vraagt om voorzichtiger omgaan met zware instellingen en framegeneratie.