Microsofts Satya Nadella stelt dat niet GPU’s maar elektriciteit de groei van AI bepaalt. Datacenters lopen tegen netcapaciteit aan; wie stroom heeft, wint.
© RusPhotoBank
Jarenlang gold een tekort aan grafische processors als de rem op AI; dat lijkt nu achter ons te liggen. Microsoft-CEO Satya Nadella zei in de podcast Bg2, waar ook Sam Altman te gast was, dat het bedrijf niet langer kritisch afhankelijk is van de aanvoer van rekenversnellers. Volgens hem ligt de echte flessenhals niet meer bij chips, maar bij toegang tot elektriciteit.
Nadella merkte op dat Microsoft al accelerators op de plank heeft liggen die het simpelweg niet kan inschakelen—er is geen vrije capaciteit in de huidige datacenters. De hardware is klaar, maar er is nergens om die in te prikken omdat locaties tegen de grenzen van het stroomnet aanlopen. Dat klinkt prozaïsch, maar het maakt de kern duidelijk: zonder stopcontact blijft high-end hardware dure ballast. De primaire uitdaging is dus niet het bemachtigen van NVIDIA‑GPU’s, maar het bouwen van of toegang krijgen tot datacenters met genoeg netcapaciteit om ze draaiende te houden.
Die koerswijziging voelt des te abrupter in vergelijking met een jaar geleden, toen het gesprek werd gedomineerd door een wereldwijd GPU‑tekort en leveringswachtrijen van jaren. Nu wordt het tempo van AI bepaald door energie-infrastructuur, regelgeving en het almaar stijgende stroomverbruik van rekenclusters. De grootste datacenters verbruiken inmiddels evenveel elektriciteit als kleine steden, en de vraag blijft toenemen.
Onder deze omstandigheden herschrijven cloudproviders hun speelboek: langlopende stroomcontracten sluiten, eigen opwek ontwikkelen en zelfs investeren in kleine modulaire kernreactoren. Op de korte termijn gaat het voordeel niet naar wie de meeste versnellers inkoopt, maar naar wie ze consequent van stroom kan voorzien.
Volgens Nadella is de race om GPU’s voorbij. De strijd gaat nu om elektriciteit—de randvoorwaarde zonder welke grootschalige AI eenvoudigweg niet kan draaien.