Wat Q2B 2025 leert over de weg naar bruikbare kwantumcomputers

Aan het einde van 2025 vond in Silicon Valley de conferentie Q2B plaats, gewijd aan de toekomst van kwantumcomputing en de vraag hoe die in de praktijk inzetbaar wordt. De sfeer neigde naar voorzichtige hoop: de vooruitgang is zichtbaar, maar een echt bruikbare en stabiele kwantumcomputer blijft vooralsnog aan de horizon. Voor nu zijn het vooral verfijnde proefopstellingen, geen gereedschap voor alledaagse taken.

Zoals het medium BODA.SU opmerkt, verschillen kwantumcomputers fundamenteel van traditionele machines. Ze benutten effecten uit de kwantummechanica die hen in theorie in staat stellen bepaalde problemen sneller op te lossen dan klassieke supercomputers. In de praktijk zijn qubits echter uiterst fragiel en gevoelig voor fouten bij de kleinste verstoring. Daarom lenen de huidige systemen zich vooral voor onderzoek, tests en demonstraties van mogelijkheden, niet voor langdurige, betrouwbare berekeningen.

Wat Q2B aantrekkelijk maakt, is de nadruk op bruikbaarheid: niet de abstracte theorie, maar het moment waarop deze machines echt de moeite waard worden. Volgens Joe Altepeter van DARPA lijkt de kans om een voor de industrie nuttig systeem te zien nu groter dan enkele jaren geleden. Dat weegt mee, omdat DARPA zijn inschattingen baseert op onafhankelijke validaties en niet op bedrijfsbeloften.

Gebeurtenissen in 2025 gaven dat voorzichtige momentum extra steun. Google, Microsoft en Quantinuum lieten resultaten zien die met klassieke methoden lastig te reproduceren zijn, al gaat het om smalle scenario’s. Dat betekent geen doorbraak op korte termijn, maar laat wel zien dat kwantumcomputers eigenschappen beginnen te tonen die je in conventionele hardware niet aantreft. Tegelijk blijven de lastigste kwesties—fouten, opschaling en kosten—onverminderd aanwezig.

Voor de doorsnee gebruiker is de boodschap eenvoudig: kwantumcomputers vervangen onze vertrouwde apparaten voorlopig niet en duiken thuis nog niet op. Q2B maakte wel een belangrijke verschuiving zichtbaar: het vakgebied wordt steeds vaker benaderd als een technisch en economisch vraagstuk in plaats van louter wetenschap. Houdt dit tempo aan, dan moeten de vroege jaren 2030 duidelijk maken welk pad daadwerkelijk naar een ‘bruikbare’ kwantumcomputer leidt. Alleen al die herijking wijst op een technologie die de labfase voorzichtig ontstijgt en verschuift naar concrete opleveringen en afruilen—stille vooruitgang, maar vooruitgang toch.