VS-vergunning voor 500.000 Nvidia Blackwell-GPU’s naar de VAE: deal, voorwaarden en risico’s

De Verenigde Staten hebben Nvidia officieel een vergunning gegeven om een half miljoen van de nieuwste GPU’s uit de Blackwell-reeks te leveren aan de Verenigde Arabische Emiraten. Dat is de aftrap van een breed technologiepartnerschap tussen beide landen. Bloomberg schat de waarde van de zendingen op tientallen miljarden dollars. De accelerators gaan echter niet naar lokale spelers, maar naar Amerikaanse datacenterexploitanten die daar faciliteiten exploiteren.

De vergunning bouwt voort op een akkoord uit mei, waarin de VAE jaarlijks tot 500.000 Nvidia-chips mogen aanschaffen, inclusief toekomstige generaties Rubin en Feynman. In ruil zegden de Emiraten toe om de komende tien jaar 1,4 biljoen dollar in de Amerikaanse economie te investeren, op voorwaarde dat de investeringen aan beide kanten worden gematcht. De eerste fase sluit leveringen aan het staatsbedrijf G42 uit, dat een datacenter van 5 GW voor OpenAI bouwt; volgens de voorwaarden kan G42 later tot 20% van de voor de regio bestemde processors ontvangen.

Die keuze markeert een nieuwe lijn in de Amerikaanse AI-diplomatie: het koppelen van de export van kritieke hardware aan politieke en investeringsverplichtingen van partners. Washington wil zijn invloed in de Perzische Golf verdiepen en tegelijk de opmars van Chinese technologie, vooral van Huawei, afremmen in een strategisch cruciale regio. Het oogt minder als een gewone hardwaredeal en meer als een geopolitieke afspraak — een signaal dat AI-chips inmiddels net zozeer machtsmiddelen zijn als producten.

Toch klinkt er kritiek. Tegenstanders stellen dat de Verenigde Staten het jaarlijkse quotum fors verhoogden — van 100.000 naar 500.000 GPU’s — zonder extra toezicht, terwijl de VAE nauwe banden met China onderhouden. Het Witte Huis behandelt de overeenkomst als een blauwdruk: als het programma met de Emiraten succesvol blijkt, kunnen soortgelijke akkoorden met andere bondgenoten volgen, wat Washington moet helpen zijn voorsprong te behouden bij het toewijzen van middelen voor de mondiale AI-infrastructuur. Hoe stevig de vangrails zijn — of juist niet — zal bepalen hoe snel die blauwdruk navolging krijgt.