Intel trekt de stekker uit datacenter-gpu’s Ponte Vecchio en Arctic Sound en schakelt over op Jaguar Shores AI-accelerators met HBM4 en OneAPI-ondersteuning. Lees wat dit betekent.
© A. Krivonosov
Intel is officieel begonnen met het afbouwen van zijn datacenter-gpu’s: de reeksen Ponte Vecchio en Arctic Sound. Dat blijkt uit de changelog van de Intel XPU Manager, waarin versie 1.3.3 de ondersteuning voor beide lijnen schrapt. Eigenaren van deze gpu’s krijgen het advies de update over te slaan en bij eerdere builds te blijven om hun systemen volledig bruikbaar te houden.
De reden is helder: het bedrijf stapt over op een nieuwe generatie AI-versnellers, Jaguar Shores. Daarmee sluit Intel een kort maar betekenisvol hoofdstuk in zijn datacentergraphics. Ponte Vecchio, gebouwd op de Xe-HPC-microarchitectuur, werd ooit neergezet als ambitieus antwoord op NVIDIA en AMD. In de praktijk beperkten de hoge kosten, een stroomverbruik tot wel 600 W en integratieproblemen de commerciële reikwijdte.
Arctic Sound, de compactere optie, wist ondanks aanwezigheid bij enkele clouddiensten evenmin breed door te breken. Analisten benadrukten dat het knelpunt niet alleen in de hardware zat: Intel moest tools en drivers vrijwel vanaf nul opbouwen, en in een markt die wordt gedomineerd door CUDA en ROCm remt dat onvermijdelijk het tempo.
Een koerscorrectie maken oogt dan ook als de juiste zet. Nu datacenters steeds meer richting AI-accelerators bewegen, krijgt Jaguar Shores—in combinatie met HBM4 en volwassener OneAPI-ondersteuning—de kans te worden wat Ponte Vecchio net niet was: een geloofwaardige uitdager voor NVIDIA in HPC en machine learning.